De Profundis
Hadden wij nimmer nog zwanen gezien,
zòuden wij hen op het water ontwaren,
o, wij zouden van vreugde vervaren-
lachen en schreien misschien.
Hadden wij nimmer nog zwanen gezien,
vlogen zij òver met ruisende slagen,
o, wij zouden dit duister verjagen-
eindelijk bevrijd zijn misschien.
Ida Gerhardt
Uit: Ida Gerhardt, Verzamelde Gedichten. Amsterdam, Athenaeum-Polak & Van Gennep, 1980. (p. 581)
zòuden wij hen op het water ontwaren,
o, wij zouden van vreugde vervaren-
lachen en schreien misschien.
Hadden wij nimmer nog zwanen gezien,
vlogen zij òver met ruisende slagen,
o, wij zouden dit duister verjagen-
eindelijk bevrijd zijn misschien.
Ida Gerhardt
Uit: Ida Gerhardt, Verzamelde Gedichten. Amsterdam, Athenaeum-Polak & Van Gennep, 1980. (p. 581)
Ida Gerhardt werd in 1905 in Gorinchem geboren en overleed in 1997 in Warnsveld. Zij werd bekend als dichter en als classica. Na haar studie oude talen in Leiden duurde het enige tijd voor zij een betrekking als lerares kreeg aan het Stedelijk Gymnasium in Groningen. In 1940 kreeg zij een baan aan het Gemeentelijk Lyceum in Kampen. De relatie met haar moeder en later met haar zus Truus was nogal moeizaam. Gelukkig vond zij in Marie van der Zeyde een trouwe levensgezellin met wie zij samen een fraaie vertaling van de Psalmen maakte.
In Nunspeet is dit gedicht op 14 maart 2009 aangebracht op het clubhuis van de Watersportvereniging 'Veluwemeer' (surfoever Hoge Bijsel), dichtbij een rustgebied voor zwanen. 'De profundis' ('vanuit de diepten'; psalm 130) is een smeekbede om geluk. De dichter ervaart een geweldig gevoel van bevrijding als zij zwanen ziet die met krachtige slagen van de vleugels opstijgen uit het water. In het gedicht zien we allerlei kenmerkende elementen uit het werk van Gerhardt: het Hollandse landschap, het enigszins archaïsche taalgebruik ('vervaren' ), de klassieke stijl en de (psalm)tekst als titel. |